Foto: Xinhua
Het dodental van het natuurgeweld in het noordwesten van China is opgelopen naar 702. Dat heeft het Chinese staatspersbureau vandaag bekend gemaakt. De provincie Gansu kreeg het afgelopen weekend te maken met overstromingen en aardverschuivingen. Vooral de stad Zhouqu werd hard geraakt.
Het aantal doden is de afgelopen dagen hard gestegen. Afgelopen zondag werd er nog gesproken over 127 doden, gisteren werd dat aantal al bijgesteld naar een dikke driehonderd en vandaag is het cijfer op 702 gezet. Doordat er nog altijd honderden mensen worden vermist, is de verwachting dat het aantal doden in de komende dagen nog verder zal stijgen.
Honderden reddingswerkers zijn al een paar dagen bezig met het zoeken naar slachtoffers. Door de aardverschuivingen zijn gebouwen ingestort en / of onder de modder verdwenen. Hoewel in veel gevallen de redding te laat is, slaagden reddingswerkers er gisteren in een 52-jarige man onder het puin vandaan te halen. De man had vijftig uur onder het puin doorgebracht, maar maakte het gezien de omstandigheden nog goed.
Premier Wen Jiabao bracht gisteren opnieuw een bezoek aan het rampgebied en spoorde de hulpverleners aan vooral door te blijven zoeken naar overlevenden.
Lees ook:Dodental aardbeving Qinghai naar 1.706
Lees ook:37 doden en 29 vermisten na instorten brug
Lees ook:Dodental aardbeving Qinghai opnieuw opgelopen
Lees ook:Veel ellende in Zuid-China door noodweer
Lees ook:Meer dan 2.000 doden na aardbeving Qinghai